Toine gaat in de Politiek: Deel 3: Energie en Wonen

Deel 3 van “Toine gaat in de politiek” gaat over energie-voorziening en huisvesting. Energie is een hot issue, de eerste kerncentrales zijn verouderd, de CO2 uitstoot is niet te overzien, de aarde warmt op.
Huisvesting is nauw gerelateerd met energie, maar behalve die link zijn er nog andere zaken die ook huisvesting een hot issue maken.

Energie:

  • Er moet zo snel mogelijk een uitstap zijn uit alle vervuilende en gevaarlijke vormen van energieproductie. Steenkool-, kernenergie- en aardolie-centrales moeten asap gesloten worden. Deze uitstap mag evenwel niet overhaast gebeuren.
  • Nieuwe centrales moeten voorzien worden. Deze dienen op hernieuwbare brandstoffen te werken. Pas wanneer deze nieuwe centrales in dienst zijn kunnen de andere, vervuilende centrales afgekoppeld worden van het net.
  • In plaats van gigantische centrales te bouwen wordt de voorkeur gegeven aan gedecentraliseerde bio-centrales die aangepast zijn aan de brandstof die lokaal te vinden is.
  • Groen- en gft-afval wordt eerst aangewend voor energie, pas nadien voor compostering.
  • Alle mest wordt eerst vergist voor deze gebruikt wordt om velden te bemesten.
  • Een zeer belangrijke onderdeel van de energie-voorziening is het principe “eerst verbruik naar beneden, dan produceren wat nodig is”. Dit kan door allerhande energie-besparende maatregelen zoals het doven van straatverlichting, het gebruik van LED-technologie, isolatie, …
  • De basis van de energie-productie zijn centrales met een continue vermogen. Wind- en zonne-energie zijn piek-productie-eenheden. Deze moeten voorzien worden van een systeem waar de overschot aan energie opgeslagen wordt.
  • Elke gemeente/intercommunale staat in om op zijn grondgebied het nodige te doen om smartgrids te ontwikkelen.
  • In industriegebieden en nieuwbouwwijken wordt de voorkeur gegeven aan een gecentraliseerde stookplaats voor verwarming. Een warmtenet zorgt voor de verspreiding van warm water voor zowel verwarming/koeling als sanitair warm water.
  • Subsidies voor energie-productie worden afgeschaft, reële kostprijs wordt betaald door de afnemers.
  • Energie-productie krijgt een apart statuut. Er worden geen belastingen of BTW geheven op energieproductie, de geproduceerde warmte/elektriciteit wordt met een minimale winstmarge verkocht. Investeerders die geld willen stoppen in energie-productie krijgen op een andere manier voordelen, fiscaal of anders.

Huisvesting:

  • Betaalbare woningen voor iedereen!
  • We moeten beseffen dat we onnodig veel bewoonbare oppervlakte hebben voor de gezinnen van deze tijd. Een woning met meerdere slaapkamers voor slechts 1 of 2 mensen is onhoudbaar. Mensen die hun grote woning ruilen voor een kleinere woning, aangepast aan hun noden, krijgen hier een bonus voor bij de aankoop van de kleinere woning.
  • Kangoeroe-wonen en woongemeenschappen worden gestimuleerd.
  • Huurhuizen zijn de eerste huizen die moeten voldoen aan de hoogste normen op gebied van energie-zuinigheid, isolatie en veiligheid. De kosten die hiermee gepaard gaan mogen op geen enkele manier doorgerekend worden aan de huurder van het pand.
  • Er moet een database komen van alle huurpanden, inclusief de gehanteerde huurprijzen. Deze huurprijzen worden door de overheid gecontroleerd. Er wordt een tabel opgesteld met gangbare/aanvaardbare huurprijzen.
  • Verhuurders betalen een maandelijkse belasting op de panden die ze verhuren.
  • Nieuwbouwhuizen moeten voldoen aan strenge energienormen qua zuinigheid, isolatie etc. Ze moeten uitgerust zijn met minstens 2 vormen van energie-opwekkende systemen. Deze moeten een groot deel van de eigen behoefte dekken, maar dienen niet om via een subsidie-systeem geld te verdienen. Indien er overproductie is, kan de elektriciteit op het net gezet worden, zonder opbrengst van en zonder kosten voor de huiseigenaar.
  • Mensen die off-grid willen leven staan in voor hun eigen energie-opwekking, hun eigen verwerking van hun afval(water), etc. Eens deze keuze gemaakt is kunnen deze mensen geen tussenkomst van de staat verwachten bij bvb elektriciteitspannes of problemen met afwatering.
  • Op alle platte daken van meer dan 100m² wordt aan energie-productie of aan voedselproductie gedaan. De keuze is aan de eigenaar welke van de 2 systemen wordt toegepast.
  • Flatgebouwen (woon- of kantoorruimtes) moeten worden voorzien van groen-gevels. Deze groengevels zorgen voor een natuurlijke isolatie en luchtzuivering.

 

Zo, dit zijn een aantal van mijn punten rond energie en wonen. Deze lijst is niet volledig, maar eerder een startpunt voor eventuele discussies.
Heb je een aanvulling, bedenking of zou je hier graag eens dieper op ingaan? Laat dan gerust iets weten!

Acht op tien biomassacentrales zijn vervuilend.

En dat verbaast mij niks! Als trouwe lezers van mijn blog en tweets weten jullie dat ik een fervent aanhanger ben van biomassa als groene brandstof en als groene basisgrondstof voor vele producten. (Hier kan je al mijn blogposts lezen ivm biomassa…)
Toen ik deze namiddag het radionieuws hoorde openen met het bericht “8 op 10 biomassacentrales zijn vervuilend.” viel ik niet echt uit de lucht. Ik heb de afgelopen maanden en jaren al redelijk wat gezien namelijk…

Zo was er het verhaal van de tomatenkweker die stookte op gratis hout dat hij kreeg van iemand die afbraakwerken deed. En de partijen zuiver A-hout dat geleverd werden en eigenlijk partijen afvalhout met plastic waren. Goed dat mijn ex-werkgever zelf strenge controles uitvoerde, of dat “zuiver A-hout” was ook verbrand geweest.

Gans dat gedoe rond biomassa is eigenlijk redelijk kort samen te vatten.
Zuiver, goed hout wordt bestempeld als (groen-)afval door OVAM, en moet verwerkt worden in een bij VLACO aangesloten composteerinstallatie.
Het goede hout dat niet als afval wordt bestempeld (stammen, kruinhout) moet terecht komen bij een vezelplaatfabriek, papierfabriek of een andere sector aangesloten bij Fedustria.
Installaties die zuiver hout verbranden hebben geen recht op groenestroomcertificaten (GSC).
Installaties die afvalhout of houtpellets verbranden hebben wel recht op GSC.

De biomassa-installaties in Vlaanderen zijn op te delen in 2 groepen. Een eerste groep die warmte en elektriciteit maakt, waar de GSC dus van belang zijn, en een 2de groep waar enkel warmte gemaakt wordt om bvb serres mee te verwarmen. Voor deze 2de groep is het gegeven GSC van geen tel, maar telt wel de kostprijs van de brandstof.
De eerste groep moet dus sowieso beroep doen op afvalhout (Pellets worden qua brandstof enkel gebruikt in centrales gerund of beheerd door Electrabel, voor normale installaties is deze brandstof veel te duur).
De 2de groep van installaties probeert de kostprijs van hun productie (groenten, bloemen,…) zo laag mogelijk te houden, en zijn dus gevoelig voor het gegeven “goedkoop” of “gratis”. De tuinaanlegger mag zijn paar containers gehakseld hout wel komen afkappen, en de firma gespecialiseerd in afbraakwerken heeft ook nog wat hout liggen. Van waar dat hout komt of hoe het behandeld is zal in veel gevallen de ontvanger worst wezen. Dat de installatie niet geschikt is om dergelijk (verontreinigd) hout te verbranden is dikwijls zelfs niet geweten. Dat de brandstof gratis is, dat is wat van tel is. En op de eindfactuur kan dat bedrag zwaar doorwegen…

Je moet weten, biomassa is een noemer die vele ladingen dekt. Biomassa is wat er rest op het veld na de oogst, bermmaaisel, (afval)hout, Miscanthus, Bamboe, olijfpulp, druivenpitten,….
In Vlaanderen echter blijft biomassa beperkt tot hout en houtafval.
En net daar knelt het schoentje.
Eerst werden er GSC uitgereikt aan alle producenten van groene stroom. Omdat de producenten van groene stroom uit biomassa meer geld konden bieden voor houtchips en stamhout dan de papier- en vezelplaatfabrieken verkleinde de aanvoer naar deze fabrieken en steeg de aanvoer bij biomassa-centrales. Fedustria ging aan de alarmbel hangen en plots werden de regels aangepast. Vers hout, of het nu stamhout of kruinhout was, leverde geen GSC meer op. De aanvoer van vers hout viel dus stil.
Tuinaanleggers, boombedrijven en biomassatraders hadden wel geld geroken… Snoeihout en stronken die in containers terecht kwamen voor compostering werden plots verkleind om als biomassa te dienen. En daar kwamen OVAM en VLACO om effe te melden dat alle groenafval dat aangevoerd werd op een containerpark of composteerinstallatie ook effectief tot compost diende verwerkt te worden.
Blijven nog over als brandstof: afvalhout, hout uit korte omloop aanplantingen en houtpellets (die wel mogen geperst worden van verse chips…)

Om een idee te geven van het potentieel aan energie dat zo door OVAM/VLACO wordt afgebogen, de intercommunale Haviland haalde in 2010 3485 ton gemengd groenafval op via hun containerparken. Als we de regel aanhouden dat 1/3de van dit groenafval houtachtig van structuur is, dan is dat 1161,6 ton of 16262,4GJ of 4 520 MWh (3.89MWh – 14GJ/ton voor hout) die jaarlijks tot compost verwerkt wordt.

Afvalhout is onder te brengen in A-hout (zuiver, onbehandeld hout zoals paletten, verpakkingshout), B-hout (sloophout, behandeling zoals verven, vernissen, gedrenkt etc ondergaan) en C-hout (zwaar verontreinigd hout zoals treinbielzen of met creosoot/carbolineum-olie behandeld hout).
A-hout is zuiver, en kan zo verbrand worden.
De miserie begint met B-hout.
Kijk rondom jezelf, kijk nu terug naar je scherm, kijk naar je bureau, kijk nu terug naar je scherm. Zie je hoeveel hout er rondom jou verwerkt is? Deuren, bureau, stoelen, keukens, badkamers, trappen, rolluikkasten, Ikea-spulletjes etc. De merendeel van die dingen bestaan uit vezelplaat of spaanderplaat. Houtspaanders of vezels gelijmd en geperst tot een houtplaat, overtrokken met een fijn laagje gelakt fineer of plastic.
Bedenk nu dat dergelijke zaken op een grote hoop liggen. Samen met nog wat resten van het grof huisvuil waarmee het is opgehaald. En dat dat door een machine gaat die van deze berg een hoop vermalen materiaal maakt. Ijzer en andere metalen worden er uit gehaald met een magneet, aluminium is niet magnetisch en blijft achter in de hoop. (Hoe dat er uit ziet, kan je hier zien) Plastic wordt met een windshifter uit het geshredderd materiaal gezogen, behalve de plastic die vastplakt aan de vezelplaat. Wat na de verkleining en uitzeving rest is een hoop gelijmde houtspaanders en vezels met plastic tussen, verontreinigd met allerhande producten om verval tegen te gaan (methylbromide, allerlei insecticiden en fungiciden). Deze hoop krijgt ook de stempel biomassa, en verdwijnt in de verbrandingsinstallaties.
Verbrandingsinstallaties die dikwijls niet voorzien zijn op de schadelijke stoffen in de rookgassen, en geen (elektronen)filters hebben om chloor, dioxines en andere stoffen uit te filteren.

Moest er in dit landje wat meer nagedacht worden voor er beslissingen genomen worden, en wat meer experten gehoord worden in plaats van achter de feiten aan te hollen, we zouden al veel verder staan.
Mijn tips voor de heren en dames politiekers:
Maak duidelijke regels en controleer deze. Geef de biomassa-verbruikers toegang tot het groenafval dat nu tot compost verwerkt wordt. Besef dat biomassa meer is dan hout(-afval).

Deze blogpost is er eentje over gevoelige materie. Het is te zeggen, de regels en wetgeving is zo onduidelijk en ontoereikend dat ik soms kort door de bocht ga. Voor specifieke regels kan je de Vlaamse Overheid contacteren (good luck, ik wacht ondertussen bijna 2 maand op antwoord van Kabinet Van den Bossche), OVAM voor regels in verband met transport, verwerking en nuttige aanwending van afvalstoffen, VLACO voor de regels die groenafval aangaan,…

En oh ja, geachte heer Sanctorum….

“Vooral N-VA, CD&V en Open Vld pleiten steeds meer voor biomassa als ‘kostenefficiënt alternatief’ om de CO2-reductiedoelen te halen. Er is nochtans duidelijk een probleem met dat alternatief om fossiele brandstoffen te vervangen.”

Dit is een quote uit het artikel op de website van De Morgen. U als parlementslid van Groen zou beter moeten weten. U zou moeten weten dat de enige, op dit ogenblik doeltreffende en constante vorm van groene energie, biomassa en biogas is. Dat de andere grote partijen zoals N-VA, CD&V en O-VLD pleiten voor biomassa zou u net tot blijdschap moeten stemmen.

“Biogas en biomassa –zoals hout– zijn de belangrijkste bronnen voor groene stroom, zij het vooral dankzij aanvoer uit het buitenland.”

Dit is een quote uit uw stuk (“Gebrek aan politieke daadkracht nekt groene stroom”) op groen.be gepost op 8 februari dit jaar.
Dat is een beetje snel van richting veranderen voor iemand/een partij die anderen daarvoor graag met de vinger wijst he?

Go local!

In mijn voorgaande blogpost stond een filmpje van een jong ketteke die op TED het lokaal-voedsel-geloof predikte.
Ikzelf ben ook wel aanhanger van dat geloof. Meestal zelfs praktiserend aanhanger.
It’s a way of living, het zit in je bloed, je leeft, spreekt, ademt “local”.

Mijn vorige post heeft mij wat aan het denken gezet. Voor mij gaat het gegeven “lokaal” verder dan voedsel. Zo kan energie en warmte ook lokaal geproduceerd worden, maar zijn er omgekeerd dingen die helemaal niet lokaal hoeven te zijn.
Het zal voor jullie het gemakkelijkst en aangenaamst lezen zijn als ik hieronder effe enkele dingen oplijst:

Lokaal:

  • Voedsel: Voedsel is zowel seizoensgebonden als locatie-gebonden. Ik vind witloof in de zomer absurd, en komkommers hebben we niet in de winter. Spaanse aardbeien zijn veel vroeger dan Belgische, maar bijlange zo lekker niet als onze eigen Belgische aardbeitjes. Boontjes uit Ethiopië en Nigeria kunnen ginder de honger stillen.
    Hoe lokaal kan of moet je dan gaan? Dat is niet aan mij om dat voor jullie uit te maken, maar ik kan jullie wel enkele tips meegeven:

    • Boerenmarkten: Op vele plaatsen zijn er boerenmarkten, waar de boer zijn eigen producten komt verkopen. Patatjes en prei, melk, pudding en rijstpap, bloemen en planten, rechtstreeks van de kweker naar de consument. Geen tussenpersonen, de boer verdient iets meer, jij betaalt iets minder. Zo zijn er boerenmarkten in Dilbeek, Gaasbeek, Gooik, Middelkerke, Gistel, Sinaai en Beveren-Waas. Een volledige lijst vind je bij de VZW Plattelandsontwikkeling.
    • Hoeve-verkoop: Sommige boeren verkopen op hun eigen erf wat ze op de boerderij produceren. Dit kan gaan van melkproducten (ijs, rijstpap, etc) tot vlees, groenten of patatjes. Ik weet uit ervaring dat het ijs van op het Lindenhof superlekker is. Op Agribex at ik een ongelooflijk lekkere hamburger van zuiver Belgisch Wit-Blauw van boerderij Den Ijsbol. Meer info vind je op de site van de VLAM
    • In het verleden schreef ik ook al eens een stukje over ecologisch verantwoord vlees.
  • Kledij: Kledij is een moeilijke zaak. Hoge loonkosten/lasten hebben er voor gezorgd dat kledij-producenten kiezen voor lage-loon-landen (de naam zegt het al he…) zodat wij goedkope T-shirts kunnen kopen in de H&M, C&A of een andere keten. Maar er zijn ook lokale of ecologisch verantwoorde mogelijkheden.
    • Loints of Holland en Camper zijn schoenmerken die niet alleen ongelooflijk leuke en comfortable schoenen maken, maar ook nog eens in Europa en verantwoord. Akkoord, ze maken geen sportschoenen, maar Fair21 doet dat wel. En die hebben niet alleen sportschoenen, maar ook sportkledij, lingerie en gewone kledij.
    • Swishing, een gezellig kledingruilevenement, met het hart op de juiste plaats. Dat moet ik jullie niet meer leren kennen zeker?
    • Kledij die van Hennep gemaakt is, is een boost voor de lokale akkerbouw, heeft een veel lagere impact op het milieu en is even comfortabel als katoen. Meer info vind je bij Hempmade!
  • Energie: Elektriciteit wordt in grote elektriciteitscentrales gemaakt. Steenkool, gas of nucleaire energie wordt omgezet in warmte, en die warmte in elektriciteit. De restanten van de warmte gaan verloren. De uitstoot van steenkool, stookolie of gascentrales zorgt voor een stijging van de broeikasgassen in onze atmosfeer. Kernenergie is uiterst veilig en “proper”, tot er iets misloopt in zo’n kerncentrale (kijk maar naar 3 Miles Island, Tsjernobyl of onlangs Fukushima…).
    • Lokale energie-productie kan in biogasinstallaties of biomassa-installaties. Deze produceren niet alleen elektriciteit maar ook warmte. Doordat het lokale installaties zijn, kan de warmte via een warmtenet gebruikt worden voor andere toepassingen zoals mestverwerking, proceswarmte of verwarming van openbare gebouwen. Biomassa is ruim voor handen in onze Vlaamse gemeentes door ondermeer het ophalen van snoeihout, het verzamelen van snoei- en groenafval op containerparken en door de vele Vlaamse tuinaanleggers die dikwijls niet weten waarheen met al dat afval. Biogas kan geproduceerd worden op het platteland, en daar gebruikt worden, of opgewerkt worden tot aardgaskwaliteit en geinjecteerd worden in het aardgasnet.
    • Windmolens duiken overal op. Langsheen alle Vlaamse autosnelwegen, in zee, op dijken en in industrieterreinen. Samen met…
    • Zonnepanelen niet mijn favoriete vorm van groene energie, omdat ze vooral piekenergie produceren, niet te controleren zijn qua productie, en een grotere impact hebben op het milieu dan we zouden denken. Maar, het blijft wel lokaal geproduceerde energie uit hernieuwbare bronnen.
  • Transport: Omwille van bedrijfseconomische redenen zijn bepaalde productie en assemblagelijnen van auto’s gegroepeerd in fabrieken verspreidt over de wereld. Zo wordt de VW Amarok in Argentinië gemaakt, en daar de boot opgezet om via de haven van Antwerpen (of een andere haven) en de nodige vrachtwagens terecht te komen bij je lokale dealer. Omgekeerd worden auto’s van uit Europa naar Amerika of Japan verscheept om daar verkocht te worden. Aan deze handel en werkwijze kunnen we niks doen. (of je moet natuurlijk zo’n geitewollesok zijn die wel to the extreme gaat….) Maar qua transport zijn er wel een aantal zaken waar je rekening mee kan houden. Heb je je auto echt nodig om naar de supermarkt of winkel te gaan? Kan het niet met de fiets of te voet? Kan je met het openbaar vervoer gaan shoppen of naar je werk? Ik geef toe dat dit voor mij een heikel puntje is. Ik rij graag met de auto, geniet van de momenten op de autostrade, met de cruise-control op 125 en de radio op 11. Maar toen ik zonder werk zat, en een auto niet kon betalen, dan ging ik te voet of met de fiets, en dan ging ik geen pint drinken in Asse, want ik geraakte er niet. En die keren dat ik het wel deed kon ik met iemand mee rijden, of had ik effectief de trein genomen.
    Qua transport zijn er ook een aantal maatregels die van hogerhand moeten/kunnen genomen worden. Zoals het verkeersvrij maken van stadscentra, een betere werking van het openbaar vervoer (aansluitingen van bus/tram/metro/trein, op tijd rijden van treinen), het veiliger maken van het openbaar vervoer (ik weiger in Brussel het openbaar vervoer te nemen, 1 keer te veel overvallen/bedreigt/slaag gekregen…), fietspaden aanleggen, herstellen en onderhouden.

Niet-Lokaal:

Niet-lokaal is eigenlijk een moeilijker gegeven. Ik denk er al even over na, maar kan moeilijk echt zaken groeperen. Ik probeer het toch even…

  • Entertainment: Een Hollywoodfilm kunnen we niet in België produceren. Maar de impact van het verzenden van zo’n film zal wel niet zo groot zijn zeker? Het zelfde trouwens voor Bollywood-films…
    Games worden over de hele wereld gemaakt. Misschien zelfs door verschillende teams in Europa, de VS en pakweg Taiwan. Die staan met elkaar in contact via het internet en delen zo hun informatie met elkaar. Misschien worden de lokale copies (DVD, boekjes, doosjes etc) effectief ook lokaal gemaakt… Who knows?
  • Informatie: Informatie allerhande wordt gedeeld over het internet. Heel lang geleden wist men pas dagen of weken later van een ramp of oorlog aan de andere kant van de wereld. Nu weten we het dank zij zaken als Twitter en Facebook enkele minuten later. Soms zelfs sneller dan pakweg de aardbeving zelf…
    Maar het is nodig om ook lokaal een correspondent te hebben. De vervuiling van het vliegtuig, de impact van de nieuwsgaring is niet te berekenen versus de waarde van het nieuws dat gedeeld wordt. Al kunnen hier ook prioriteiten gesteld worden. Zo is een ramp als de aardbeving/tsunami in Japan belangrijker dan pakweg de Miss USA of Miss World verkiezing, de Oscars of een Apple (i)Keynote.

Bekijk het zelf. Doe de oefening eens voor je zelf. Hoe kan jij je eigen impact op de wereld rondom verminderen?

Biomassa, de grote uitdagingen

Biomassa is volgens mij de toekomst als het neerkomt op stabiele, continue, ecologisch verantwoorde energievoorziening. Zowel de vaste biomassavormen zoals hout of gras/rietsoorten als vloeibaardere vormen voor biogasproductie hebben echter dezelfde uitdagingen die misschien een hypotheek leggen op de toekomst van groene stroomvoorziening.

Het grootste struikelblok zijn de “Energy policies” van de verschillende landen onderling en de EU-laag daar bovenop. We hebben de afgelopen tijd gemerkt hoe plots beslissingen kunnen genomen worden, en andere beslissingen teniet gemaakt worden. De verlaging van de groene-stroom-certificaten is maar een voorbeeldje.
Naar mijn gevoel wordt er op gebied van energie op (zeer) korte termijn gedacht, en dit staat plannen in de toekomst in de weg. Garanties en langetermijnvisie zijn nodig.
Ondersteuning van regionale en nationale overheid is nodig. Maar ook Europa speelt hierin een rol. De verschillen tussen de landen onderling is veel te groot, waardoor sommige landen voorlopen, en andere achterop hinken.

Door het gebrek aan deftig uitgewerkte “Energy policies” en het ontbreken van langetermijnvisie verliezen veel investeerders hun interesse in middelgrote en grote projecten. Dit zowel op gebied van effectieve energieprojecten als projecten in de toeleveringssector (in dit geval dus de productie van biomassa of stromen voor biogas). We mogen niet rekenen op wat de staat ons bij projecten eventueel kan toestoppen qua subsidies, maar we moeten er van uit gaan dat door juiste regelgeving en “de markt” dergelijke projecten effectief investeerders aantrekt, en voor die investeerders een return on investment geeft.

Een 3de uitdaging is de logistieke keten. Deze keten draait, maar omwille van de instabiliteit van de markten (zowel energiemarkt als biomassa-gerelateerde markten) draait deze wel eens vierkant. Dit klinkt erger dan het is, maar dikwijls zien we biomassa getransporteerd worden van de ene kant van het land naar de andere kant, terwijl er in dezelfde provincie afzetmogelijkheid is. Er is nood aan marktstabilisatie, stabilisatie die er voor gaat zorgen dat er meer gekeken wordt naar lokale afzetmogelijkheden en het beperken van transportkilometers.

Niet onbelangrijk is ook de “consumer confidence”. We zijn het gewoon van de verwarming een graadje hoger te zetten en effectief te voelen hoe de temperatuur stijgt. We zijn ook gewoon dat die verwarmingsketel gewoon in de kelder of garage staat. Warmtenetten met gecentraliseerde ketel zijn in onze contreien een echte nieuwigheid, maar worden al op grote schaal toegepast in Scandinavische landen. De vragen die hieromtrent zijn, komen uit een onwetendheid van de gebruiker. Door correcte communicatie kunnen veel van deze vragen de wereld uit geholpen worden en ontstaat er een nieuwe groeimarkt voor nuttige toepassing van biomassa.

Natuurlijk zijn er van uit de biomassawereld ook uitdagingen die moeten overwonnen worden. “Secure supply” is er zo eentje van. Het goed draaien van een centrale, groot of klein, hangt af van de gewaarborgde levering van biomassa, een gewaarborgde kwaliteit van biomassa en de continuïteit in de leveringen. Door de wisselende seizoenen is het niet altijd eenvoudig om aan specifieke brandstofdefinities te voldoen, maar het is duidelijk dat er moet gestreefd worden naar die continuïteit. Voor investeerders is de twijfel of er over x jaar nog wel genoeg brandstof is een groot struikelblok. Door brandstofdefinities te gaan diversifiëren kunnen ook andere reststromen aangesproken worden, waardoor dergelijke waarborgen effectief kunnen gegeven worden en de markt stabieler gaat worden.

We staan voor een aantal (grote) uitdagingen, maar de toekomst is positief voor biomassa. Laat er ons op alle niveaus voor zorgen dat we die uitdagingen snel de baas kunnen….

De toekomst van energie

Ik ben altijd redelijk begaan geweest met alles wat met biomassa te maken had. In eerste instantie vooral de technische kant van de zaak (verkleinen, zeven etc), maar gaandeweg ook meer en meer geïnteresseerd geraakt in het energetisch potentieel van de verschillende vormen van biomassa.
Door mijn groeiende interesse in hernieuwbare energie uit biomassa volgde automatisch ook interesse in andere hernieuwbare energiebronnen. Zonne- en windenergie, waterkracht, geothermaal, and so on.

Ondertussen ben ik werkzaam in de biomassa-sector en ben ik er van overtuigd dat het biomassa zal zijn die de grote energievraag van de toekomst opvult.
Waarom? Wel, daar zal ik in onderstaande blogpost een antwoord op geven.

Een zeer belangrijke zaak voor de energiebron van de toekomst is het CO²-neutraal zijn. Verder zal veiligheid en hernieuwbaarheid een belangrijke rol spelen. Omwille van die reden hou ik geen rekening met kernenergie in deze post.
Kernenergie is CO²-neutraal, maar er zijn grote vraagtekens bij de veiligheid en er wordt nog altijd gewerkt met een niet-hernieuwbare energiebron.

Biomassa

Biomassa is een volledig hernieuwbare energiebron, die quasi-CO²-neutraal is. Ongeveer alle plantendelen kunnen gebruikt worden als energiebron, eventueel nadat ze eerst voor andere toepassingen gebruikt zijn. Afhankelijk van de plantendelen en een resem andere factoren zoals vochtinhoud, vervezeling van de plantendelen, fractionering etc kan de biomassa verbrand, vergast of vergist worden, kunnen ze via pyrolyse of torrefactie geconditioneerd worden voor verdere bewerkingen en kan het energiepotentieel verhoogd worden.

Op dit ogenblik is het zo dat er eigenlijk 2 stromingen binnen de biomassa zijn.
De eerste is het hout. Hout wordt gechipt of geshredderd en afgevoerd voor verbranding. Eventueel wordt het hout voor het verbrandingsproces nog in pellets of briketten geperst.
De 2de stroom is het zachtere materiaal, dat aangewend wordt voor biogas. Meestal gaat het hier over energiemais of andere energie-teelten maar meer en meer worden ook andere zaken toegepast zoals dierlijke bijproducten, restafval van chemische nijverheid, GFT-afval of bermmaaisel.
Om het gebruikt en de opbrengst van biomassa te verhogen zal in de toekomst vooral moeten uitgekeken worden naar ofwel biomassa-boilers die een zeer breed spectrum van stoffen kunnen verbranden, ofwel de grondstoffen zo gaan conditioneren dat ze op bredere schaal kunnen ingezet worden.

Eigenlijk moet het geheel zo bekeken worden dat elke vorm van plantaardig materiaal, of het nu reeds bewerkt/verwerkt is of niet, een potentiële energiebron is.

Door de juiste conditionering en een logistieke keten afgestemd op de energieproductie zal biomassa een stabiele, veilige en CO²-neutrale basisbron zijn van onze toekomstige energiebehoeftes.
Waar vooral ook rekening mee moet gehouden worden is het feit dat biomassa, als enige alternatieve energiebron, een continue, stuurbare bron van energie is.

Zonne-, wind- en golfkracht

Waarom deze 3 vormen van alternatieve energie bij elkaar in 1 ondertitel? Omdat ze 1 ding gemeen hebben… onvoorspelbaarheid.
Jan-met-de-pet denkt bij hernieuwbare energiebronnen aan hun dak vol zonnepannelen of de windmolens die liefst niet in hun achtertuin staan. Net als bij biomassa is er een energiebron nodig, de zon en de wind die door de zonnepanelen of de windmolens omgezet worden in elektriciteit. Maar de zon schijnt niet altijd, en de wind is ook geen constante.

Ik hoop dat het besef snel groeit dat zonnepanelen en windmolens niet de oplossing zijn om in 2020 20% van onze energie uit hernieuwbare bronnen te halen.

Waar ik wel toekomst in zie is de toepassing van SmartGrids om de piekenergie van zonnepanelen en windmolens zo te gaan verdelen over het net dat deze gebruikt wordt daar waar hij effectief nodig is, en misschien zelfs kan opgeslagen worden om te kunnen voldoen aan een latere vraag.

Glas recycleren!

Onlangs kreeg ik een mailtje met de vraag of ik mee wou doen aan een sociaal experiment. De summiere uitleg maakte mij wel nieuwsgierig. Het ging over glas, recyclage etc.

Ondertussen zijn we enkele weken verder, en is er al wat meer duidelijkheid! Wist je dat door 76500 glazen flessen te recycleren in plaats van ze nieuw uit grondstoffen te maken, er genoeg energie bespaard wordt om een stad als Londen gedurende 5 minuten van licht te voorzien. Dit is misschien een nogal triviaal feit, maar het duidt toch iets aan he? Dus, recycleren is de boodschap (en niet alleen glas, maar das voor een andere blogpost!).

Wil je meedoen? Dat kan, zeer gemakkelijk zelfs! Ga je naar de glasbak, tweet dan achteraf hoeveel flessen (en glazen, potten) je hebt weggedaan. Gebruik #tweetrecycle als hashtag, en zet er eventueel mijn handle bij (@ntone dus), dan maak ik de eindsom!

Meer info vind je op http://www.friendsofglass.com/

Dikke Truien Dag

Vandaag was het (en is het eigenlijk nog steeds) Dikke Truien Dag, de dag waarop de verwarming een standje lager gaat. Mijn huis is een ongelooflijke energievreter. Enkele bakstenen muren, enkel glas, open van de kelder tot de zolder, dus warmte vliegt hier buiten. Mijn eerste winter verwarmde ik zowat elke kamer die kon verwarmd worden, tegenwoordig nog enkel de living. Daar breng ik dan ook de meeste tijd door. Om mijn facturen wat te drukken pas ik de dikke truien techniek al langer toe. Vandaag heb ik gewoon de verwarming helemaal afgezet, en nog een pull extra aangedaan. Zo kan het namelijk ook 😉

Eco-tone.be

In afwachting van de laatste details rond de opstart toch nog een beetje nieuws op het Eco-Tone-front. Mijn site is live, online en te bezichtigen! Je kan hem vinden op http://www.eco-tone.be
Greet heeft een pareltje afgeleverd!

En verder? Vergaderingskes, contacten leggen, case-study schrijven.
Het begint te lopen….